Bijwoord
Soorten bijwoorden
-
Bijwoorden van wijze (adverbes de manière):
- Beschrijven hoe iets gebeurt.
- Voorbeelden: rapidement (snel), lentement (langzaam), bien (goed), mal (slecht).
-
Bijwoorden van tijd (adverbes de temps):
- Beschrijven wanneer iets gebeurt.
- Voorbeelden: aujourd’hui (vandaag), demain (morgen), souvent (vaak), rarement (zelden).
-
Bijwoorden van plaats (adverbes de lieu):
- Beschrijven waar iets gebeurt.
- Voorbeelden: ici (hier), là-bas (daar), partout (overal), nulle part (nergens).
-
Bijwoorden van hoeveelheid (adverbes de quantité):
- Beschrijven in welke mate of hoeveel iets gebeurt.
- Voorbeelden: beaucoup (veel), très (erg), trop (te veel), assez (genoeg).
Hoe maak je een bijwoord?
De meeste bijwoorden in het Frans worden gevormd door een bijvoeglijk naamwoord te nemen en er de uitgang -ment aan toe te voegen. Hier zijn de stappen:
-
Bijvoeglijk naamwoord in de vrouwelijke vorm:
- Neem het bijvoeglijk naamwoord in de vrouwelijke vorm.
- Voorbeeld: lent (mannelijk) → lente (vrouwelijk).
-
Voeg -ment toe:
- Voeg de uitgang -ment toe aan de vrouwelijke vorm.
- Voorbeeld: lente → lentement (langzaam).
Uitzonderingen en speciale gevallen
-
Bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op een klinker:
- Voeg direct -ment toe aan de mannelijke vorm.
- Voorbeeld: vrai (waar) → vraiment (echt).
-
Bijvoeglijke naamwoorden die eindigen op -ant of -ent:
- Vervang de eindingen door -amment of -emment.
- Voorbeelden: constant (constant) → constamment (constant), récent (recent) → récemment (recent).
Voorbeelden
-
Heureux (gelukkig):
- Vrouwelijke vorm: heureuse
- Bijwoord: heureusement (gelukkig)
-
Actif (actief):
- Vrouwelijke vorm: active
- Bijwoord: activement (actief)
-
Évident (duidelijk):
- Bijwoord: évidemment (duidelijk)