Woordvolgorde
In het Frans is de woordvolgorde soms anders dan in het Nederlands. Dat komt omdat de Franse taal is beïnvloed door andere talen dan het Nederlands, en soms omdat we in het Nederlands gewoon wat streng zijn op regels.
Maar hoe is de volgorde dan?
Onderwerp: staat altijd vooraan de zin, behalve als er een tijdsbepaling voor komt.
Werkwoordelijk gezegde: alle werkwoorden komen bij elkaar te staan. Dat is anders dan in het Nederlands, waar werkwoorden verspreid over de zin kunnen staan.
Lijdend voorwerp: komt na het werkwoordelijk gezegde.
Tijdsbepaling / plaatsbepaling: mag altijd helemaal vooraan de zin geplaatst worden. Heb je zowel een tijdsbepaling als een plaatsbepaling? Zet dan de tijdbepaling vooraan de zin en de plaatsbepaling helemaal achteraan.
Ik pak het boek.
Je prends le livre.
Ik heb het boek gepakt.
J'ai pris le livre.
Ik heb gisteren het boek gepakt.
Hier j'ai pris le livre.
Gisteren heb ik het boek in de bibliotheek gepakt.
Hier j'ai pris le livre dans la bibliothèque.
Extra oefenen
Oefening 1
Oefening 2
Oefening 3
Oefening 4
Oefening 5
Oefening 6
Oefening 7